Op 11 juli , de Vlaamse feestdag, herdenken wij de `` Slag der gulden sporen ``
In het begin van de 14e eeuw was Vlaanderen, een van de welvarendste streken van het toenmalig Europa, een leen van Philips de Schone (Philippe le Bel ) de Koning van Frankrijk.
De Graaf van Vlaanderen, Gwijde van Dampierre , die de peter was van Philips de Schone, streefde een zo groot mogelijke autonomie na, uiteraard tegen de zin van zijn leenheer. Toen de Graaf Gwijde zijn leentrouw opzegde viel Charles de Valois, broer van de Koning, aan het hoofd van een leger in 1297 Vlaanderen binnen om het ganse graafschap te onderwerpen.
In 1300 geeft Gwijde van Dampierre zich over en wordt hij en zijn zoon Robrecht van Bethune samen met nog verschillende Vlaamse ridders gevangen gezet in Parijs. Jacques de Châtillon wordt landvoogd van Vlaanderen benoemd.
De rijke patriciërs steunden de koning en werden Leliaerts genoemd naar de lelie op het wapen van de Franse Koning, het gewone volk schaarde zich achter de Graaf van vlaanderen en werden de Liebaerts genoemd naar het leeuwensymbool op het wapen van de Graaf.
In het begin van de 14e eeuw was Vlaanderen, een van de welvarendste streken van het toenmalig Europa, een leen van Philips de Schone (Philippe le Bel ) de Koning van Frankrijk.
De Graaf van Vlaanderen, Gwijde van Dampierre , die de peter was van Philips de Schone, streefde een zo groot mogelijke autonomie na, uiteraard tegen de zin van zijn leenheer. Toen de Graaf Gwijde zijn leentrouw opzegde viel Charles de Valois, broer van de Koning, aan het hoofd van een leger in 1297 Vlaanderen binnen om het ganse graafschap te onderwerpen.
In 1300 geeft Gwijde van Dampierre zich over en wordt hij en zijn zoon Robrecht van Bethune samen met nog verschillende Vlaamse ridders gevangen gezet in Parijs. Jacques de Châtillon wordt landvoogd van Vlaanderen benoemd.
De rijke patriciërs steunden de koning en werden Leliaerts genoemd naar de lelie op het wapen van de Franse Koning, het gewone volk schaarde zich achter de Graaf van vlaanderen en werden de Liebaerts genoemd naar het leeuwensymbool op het wapen van de Graaf.
Ondertussen treedt de wever Pieter de Coninck , een goed redenaar, op het voorplan.
De twee zonen van Gwijde van Dampierre, Gwijde van Namen de Graaf van Zeeland en Jan van Namen de Graaf van Namen organiseren samen met Willem van Gullik en Pieter de Coninck de Vlaamse opstand.
Willem van Gullik, een kleinzoon van Gwijde van Dampierre, was proost van Maastricht maar voelde zich eigenlijk meer krijgsman er werd in 1302 op 25 jarige leeftijd ruwaard van Vlaanderen benoemd ( regent in naam van Gwijde die wegens gevangenschap niet kon regeren).
In april 1302 bestormen een groep Bruggelingen onder leiding van de vleeshouder Jan Breydel , een minder bespraakte volksleider, het kasteel van Male en moorden het garnizoen Franse soldaten uit.
Op 17 mei 1302 komt Jacques de Châtillon aan in Brugge met een legertje van 800 man , waaronder 120 ridders in vol gevechtornaat, wat als vijandige provocatie wordt aanzien.
De 18 mei 1302,op Goede Vrijdag, in de vroege morgen vallen de Vlamingen de Fransen aan en een paar honderd Fransen worden doodgeslagen en 90 ridders worden gevangen genomen. Om zeker te zijn laat men de woorden " schild en vriend " ( Scilt ende Vrient ) uitspreken om afgaand op de uitspraak de Fransen te identificeren. Deze slachting staat bekend als de " Brugse Metten " .
Jan Breydel had ook zijn aandeel in de Brugse Metten. Hij nam tevens deel aan de Guldensporenslag en in Brugse stadsrekeningen zijn er aantekeningen dat hij vóór de slag zwijnen leverde aan de troepen. Op de grote markt in Brugge staat het standbeeld van Breydel en De Coninck.
Elk jaar heeft in Brugge vóór het begin van de reguliere competitie een internationaal voetbaltornooi plaats onder de naam " Brugse Metten ".
Na dit bloedbad wordt er een Vlaams leger gevormd omdat iedereen beseft dat het een algemene opstand wordt van Vlaanderen tegen Frankrijk en dat een veldslag nakend is.
En inderdaad de Koning van Frankrijk stuurt een leger naar Vlaanderen van 6500 man waaronder 2500 edele ruiters onder leiding van Robert d' Artois één van de dapperste Franse ridders en drager van Joyeuse het legendarische zwaard van Karel de Grote.
Jacques de Châtillon, zijn broer Guy de Saint-Pol en Raoul de Nesle waren de bekendste edelen.
Daartegenover staat het Vlaams leger van 9000 man , waaronder slechts 400 edelen,die wegens de aard van het terrein verkiezen te voet te vechten. De algemene leiding van het Vlaams leger wordt gedurende de slag waargenomen door Jan van Renesse, een ridder uit Zeeland. Andere bekende edelen aan Vlaamse kant waren Willem van Gullik ,hoofd van de Brugse stadsmilitie, Gwijde van Namen en Jan Borluut die alhoewel Gent zich neutraal opstelde, aan het hoofd van 700 dissidente Gentenaren deelnam aan de strijd. Samen met hem namen ook Deinzenaren onder leiding van de baljuw van Deinze , Arend Drubbel, ook deel aan de strijd.
De strijd vindt plaats op 11 juli 1302 op het Groeningeveld in de omgeving van Kortrijk. Omdat de Vlaamse strijders geen uniform droegen moesten ze zich met de strijdkreet `` Vlaanderen de Leeuw `` (Vlaendren ende Leeu ) onderscheiden . Het Franse leger had als strijdkreet " Montjoie Saint-Denis " , naar St Denis de patroonheilige van Frankrijk.
Rond het middaguur brandt de strijd los. Aanvankelijk rukt het Franse voetvolk op maar dan geeft Robert d ' Artois bevel aan de cavalerie om aan te vallen. De eerste linie van de Vlamingen bestond uit fysiek sterke mannen gewapend met een lange spies en een goedendag , die in groepjes van twee bekwaam waren een ridder te paard uit te schakelen, een taktiek die was uitgedacht door Gwijde van Namen. Door het drassige terrein verliezen de ridders snelheid en wendbaarheid. Het gevolg is een ware slachting. Het motto van de Vlamingen was `` slaet al doet `` en derhalve werden er geen gevangenen genomen.
Toen Robert d´Artois werd gedood door de lekenbroeder Willem van Saaftinge was de strijd over . Ook Jacques de Châtillon overleefde de slag niet. De vluchtende Fransen werden tot laat in de avond tot 10 km ver achtervolgd en uitgemoord. De Franse adel veliest een zestigtal baronnen . Volgens kronieken werden, wellicht een overdreven aantal , 500 gulden sporen die waren voorbehouden aan edelen, opgeraapt.
Het merkwaardige van deze slag is dat een volk, en niet een vorst, in opstand kwam tegen een koning.
Deze veldslag betekende ook een ommekeer in de oorlogvoering omdat aangetoond werd dat voetvolk in staat was ridders te paard met volle wapenuitrusting te verslaan. De overwinning van de Schotten onder Robert de Bruce te Bannockburn in 1314 was volgens kronieken een remake van de Guldensporenslag.
Hendrik Conscience schreef in 1838 het geromantiseerde ``De leeuw van Vlaanderen`` waarin hij Robrecht van Bethune liet deelnemen aan de slag.
Als jonge knaap van 10 jaar heb ik het boek vele malen herlezen.
Er werd ook een film gemaakt die geregisseerd werd door Hugo Claus.
West - Europa in 1302 |
In april 1302 bestormen een groep Bruggelingen onder leiding van de vleeshouder Jan Breydel , een minder bespraakte volksleider, het kasteel van Male en moorden het garnizoen Franse soldaten uit.
Op 17 mei 1302 komt Jacques de Châtillon aan in Brugge met een legertje van 800 man , waaronder 120 ridders in vol gevechtornaat, wat als vijandige provocatie wordt aanzien.
De 18 mei 1302,op Goede Vrijdag, in de vroege morgen vallen de Vlamingen de Fransen aan en een paar honderd Fransen worden doodgeslagen en 90 ridders worden gevangen genomen. Om zeker te zijn laat men de woorden " schild en vriend " ( Scilt ende Vrient ) uitspreken om afgaand op de uitspraak de Fransen te identificeren. Deze slachting staat bekend als de " Brugse Metten " .
Jan Breydel had ook zijn aandeel in de Brugse Metten. Hij nam tevens deel aan de Guldensporenslag en in Brugse stadsrekeningen zijn er aantekeningen dat hij vóór de slag zwijnen leverde aan de troepen. Op de grote markt in Brugge staat het standbeeld van Breydel en De Coninck.
Standbeeld van Breydel en De Coninck |
Na dit bloedbad wordt er een Vlaams leger gevormd omdat iedereen beseft dat het een algemene opstand wordt van Vlaanderen tegen Frankrijk en dat een veldslag nakend is.
En inderdaad de Koning van Frankrijk stuurt een leger naar Vlaanderen van 6500 man waaronder 2500 edele ruiters onder leiding van Robert d' Artois één van de dapperste Franse ridders en drager van Joyeuse het legendarische zwaard van Karel de Grote.
Jacques de Châtillon, zijn broer Guy de Saint-Pol en Raoul de Nesle waren de bekendste edelen.
Daartegenover staat het Vlaams leger van 9000 man , waaronder slechts 400 edelen,die wegens de aard van het terrein verkiezen te voet te vechten. De algemene leiding van het Vlaams leger wordt gedurende de slag waargenomen door Jan van Renesse, een ridder uit Zeeland. Andere bekende edelen aan Vlaamse kant waren Willem van Gullik ,hoofd van de Brugse stadsmilitie, Gwijde van Namen en Jan Borluut die alhoewel Gent zich neutraal opstelde, aan het hoofd van 700 dissidente Gentenaren deelnam aan de strijd. Samen met hem namen ook Deinzenaren onder leiding van de baljuw van Deinze , Arend Drubbel, ook deel aan de strijd.
Vermelding van arend Drubbel in "de Leeuw van Vlaanderen " |
Het Groeningeveld |
Toen Robert d´Artois werd gedood door de lekenbroeder Willem van Saaftinge was de strijd over . Ook Jacques de Châtillon overleefde de slag niet. De vluchtende Fransen werden tot laat in de avond tot 10 km ver achtervolgd en uitgemoord. De Franse adel veliest een zestigtal baronnen . Volgens kronieken werden, wellicht een overdreven aantal , 500 gulden sporen die waren voorbehouden aan edelen, opgeraapt.
Goedendag |
Gulden spoor |
Het merkwaardige van deze slag is dat een volk, en niet een vorst, in opstand kwam tegen een koning.
Deze veldslag betekende ook een ommekeer in de oorlogvoering omdat aangetoond werd dat voetvolk in staat was ridders te paard met volle wapenuitrusting te verslaan. De overwinning van de Schotten onder Robert de Bruce te Bannockburn in 1314 was volgens kronieken een remake van de Guldensporenslag.
Hendrik Conscience schreef in 1838 het geromantiseerde ``De leeuw van Vlaanderen`` waarin hij Robrecht van Bethune liet deelnemen aan de slag.
Als jonge knaap van 10 jaar heb ik het boek vele malen herlezen.
Er werd ook een film gemaakt die geregisseerd werd door Hugo Claus.
Hendrik Conscience |
Mijn "Leeuw van Vlaanderen " uit 1952 |
Bronnen :
Vlaanderen een zelfportret (extra Knack van 3 juli 2002 )
De leeuw van Vlaanderen ( Hendrik Conscience)
http://www.liebaart.org/
www.nl.wikipedia.org/wiki/guldensporenslag
http://www.liebaart.org/
www.nl.wikipedia.org/wiki/guldensporenslag
10 september 2018 --- Ik woon in de Verenigde Staten, ben in 70e jaren en ben momenteel "De Leeuw van Vlaanderen" aan het lezen. Het boek behoorde aan mijn vader en ik vond het in ons ouderlijk huis in Lombardsijde. U hebt het gebeuren in Vlaanderen zeer goed samengevat. Ik heb het uitgedrukt en zal het bij het boek voegen. Hartelijk dank om uw samenvatting te delen.
BeantwoordenVerwijderen